Met ingang van 2019 hebben de netbeheerders de wettelijke taak om iedere twee jaar een investeringsplan te maken. In dit investeringsplan geven de netbeheerders een onderbouwing voor de te verwachten uitbreidings- en vervangingsinvesteringen om te kunnen voldoen aan de toekomstige vraag naar transportcapaciteit en veilige, betrouwbare en kostenefficiënte instandhouding van de netten. Voor de windsector zijn deze plannen van belang voor een soepele uitrol van nieuwe projecten.

In de afgelopen weken hebben experts van NWEA de ruim 600 pagina’s aan investeringsplannen van de verschillende netbeheerders geanalyseerd en zijn we samen met de leden tot een zienswijze gekomen die we hebben ingediend bij de netbeheerders. Met het indienen van onze zienswijze willen we de netbeheerders blijven stimuleren om tijdig en doelmatig te investeren, zodat projecten ook in de toekomst tijdig een aansluiting kunnen krijgen en de business case voor wind op land positief blijft.

Drie hoofdlijnen

Als NWEA vinden we het erg belangrijk om hierop een zienswijze in te dienen, want de regulering prikkelt nu nog onvoldoende om aansluitingen en transportcapaciteit tijdig te realiseren. We hebben in onze zienswijze  de netbeheerders gecomplimenteerd met de gedetailleerd uitgewerkte investeringsplannen en hebben we voor ieder van de grote netbeheerders verbeterpunten aangedragen. Daarin staat drie belangrijke hoofdlijnen:

  1. Samenhang investeringsplannen: ieder van de netbeheerders schrijft nu een eigen investeringsplan met ieder een eigen systematiek en werkwijze. Dit komt onder andere terug in de opgestelde scenario’s die sterk verschillen per netbeheerder, waarbij de één rekent met het best case scenario en de ander met het worst case scenario.
    Ook de afhankelijkheden tussen TenneT en de regionale netbeheerders blijven onderbelicht. Regionale netbeheerders geven aan te wachten op TenneT voor uitbreidingen. Echter geven zij niet aan of zij kunnne versnellen als TenneT dit ook doet. Andersom is het ook belangrijk dat TenneT inzichtelijk maakt waar en hoe er rekening gehouden wordt met de prioriteiten van regionale knelpunten. Daarom pleiten we voor een parapludocument, waar de investeringsplannen op een logische, eenduidige wijze ingehangen kunnen worden. Dit document kan gebruik maken van een eenduidige methode en scenario’s, waarbij ook de koppeling tussen de regionale plannen en de plannen van TenneT duidelijk wordt gelegd.
  2. Identificatie en eliminatie van knelpunten: hier missen we vooral aandacht voor de impact van elektrificatie van met name de industrie. Dit gaat grote impact hebben op de benodigde elektriciteitsinfrastructuur. Omdat timing hierin van cruciaal belang is, is een gedetailleerde tijdlijn noodzakelijk om investeringen bij de industrie en de opwekkant op elkaar af te stemmen. Ook missen we aandacht voor innovatieve aansluitmethoden en automatisering als oplossing om knelpunten op te lossen. Daarbij valt onder meer te denken aan het dynamisch benutten van storingsreserve of onderdimensionering van omvormers, maar ook het regelen van blindvermogen, curtailment en andere vormen van demand side management.
  3. Uitvoering en aanleg: voor de uitvoering en aanleg van nieuw te realiseren infrastructuur wordt door de netbeheerders consequent gewezen op de schaarste op de arbeidsmarkt. Enkele netbeheerders geven aan te overwegen klanten de ruimte te geven zelf hun aansluiting te ontwerpen en realiseren, of grote werkpakketten bij (buitenlandse) aannemers neer te leggen. Wij juichen het van harte toe als alle netbeheerders dit zouden doen.